Apotheek Lamberts Backer

Hoe ervaart hij regeldruk in de praktijk?

Bij welke organisatie werkt u en wat is uw functie?
Sinds 2017 ben ik apotheker bij mijn eigen Apotheek Lamberts Backer in Almelo, binnen een maatschap van 5 apotheken. Daarnaast heb ik een bestuursfunctie bij de Twentse Apothekers Organisatie, TAO-UA, een regionaal samenwerkingsverband van in totaal zo’n 66 apotheken.

Kunt u iets vertellen over uzelf en over hoe een doorsnee werkdag er voor u uitziet?
Ik heb een groot hart voor het apothekersvak, waarbij ik ook het managen van het team een hele leuke uitdaging vind. Daarnaast werk ik graag mee aan de balie en geef ik farmaceutische zorg aan patiënten. Verder hebben we als apotheker natuurlijk met de inkoop te maken. Het is een breed palet aan werkzaamheden waarbij ik, naast structurele werkzaamheden, veel bezig ben met de dagelijkse dingen met betrekking tot farmaceutische patiëntenzorg.

Wat is het belang van regeldruk verminderen voor u?
Regeldruk verminderen is zeker van groot belang, omdat we met minder regeldruk meer zorg kunnen verlenen en ruimte kunnen geven aan de patiënt. We zijn nu aan de achterkant veel tijd en energie kwijt aan de regelgeving en contractuele verplichtingen omtrent de medicatie. Dat is zonde. Regeldruk verminderen aan de achterkant is hard nodig.

Als een patiënt aan de balie komt, komt er veel geregel aan te pas om ‘het doosje medicijnen’ uiteindelijk te kunnen meegeven. Met name het geneesmiddelentekort veroorzaakt veel geregel en gedoe. Hierdoor is ons vak nu meer logistiek-administratief, terwijl we meer aan de inhoudelijke zorgkant willen zitten. Met minder regels en minder bureaucratie blijft er meer tijd over voor de patiënt. Dat is waar wij ons graag op richten!

Wat merkt u van de inspanningen in het kader van het ontregelen van de zorg?
Een aantal formulieren, zoals NOAC/DOAC’s, is niet meer in gebruik. Als je dan terugkijkt en je realiseert dat je daar enkele jaren geleden nog heel druk mee was, dan is dat zeker merkbaar nu we hier niets meer mee hoeven. Er zijn nog wel genoeg situaties waarbij deze formulieren wel in gebruik zijn, de noodzaak hiervan zie ik persoonlijk niet. Het gaat om het nemen van verantwoordelijkheid, daardoor kun je formulieren afschaffen. Er is dus nog sprake van regeldruk, waar dat eigenlijk niet meer hoeft.

Heeft uzelf of uw organisatie iets gedaan om onnodige regels te schrappen of heeft u deelgenomen aan een schrapsessie? Wat zou u(w) organisatie mogelijk kunnen doen hieraan?
We hebben deelgenomen aan een schrapsessie over de B2 bijlage en ook onze input gegeven aan het ministerie van VWS ten aanzien van administratieve lasten verlagen.

Een van onze eigen initiatieven is bijvoorbeeld dat we een Geneesmiddelenbeschikbaarheidsgroep in het leven hebben geroepen als Twentse Apothekers Organisatie, met als doel om bij de geneesmiddelen die niet beschikbaar zijn een juist alternatief te hebben. Dit levert minder telefoontjes met huisartsen en specialisten in het ziekenhuis op. In plaats van vele malen door meerdere apothekers te worden gebeld over een alternatief, wordt de specialist nu nog maar 1 keer gebeld en leggen we het vast met de Geneesmiddelen Beschikbaarheidsgroep. Deze informatie delen resulteert in een efficiënter werkproces.

In 2019 hebben we een convenant opgesteld over het digitaal versturen van recepten. Dit gebeurde eerder nog op papier, via de post of via de fax. Dankzij de afspraken hierover ontvangen wij recepten nu digitaal vanuit het ziekenhuis. Bovendien zijn hieraan nu aanvullende werkafspraken toegevoegd, zoals bijvoorbeeld het meesturen van labwaarden. Het meesturen van de nierfunctie van een patiënt is daar een voorbeeld van. De informatie-uitwisseling is ook op dat vlak verbeterd.

Een andere aanvullende werkafspraak is dat wij als regio graag een toestemmingsgraad van het LSP boven de 80% nastreven. Zodat we ook daadwerkelijk met dat LSP kunnen gaan werken. Het LSP is een netwerk waarop zorgverleners 24/7 medische gegevens over hun patiënten kunnen raadplegen in elkaars systemen. Deze toestemming moet de patiënt geven aan de huisarts, het ziekenhuis en de apotheek. We hebben met deze partijen afgesproken om hier samen stappen in te maken. Er draait nu een pilot in het ziekenhuis om te kijken of in spoedsituaties gebruik kan worden gemaakt van het LSP.  
 

Heeft u een inspirerend ontregelvoorbeeld of praktische tip uit uw dagelijkse praktijk waar andere zorgverleners baat bij kunnen hebben?
De samenwerking tussen apothekers en ziekenhuizen is verbeterd, omdat we met elkaar om de tafel zitten. Dat werkt stimulerend om ook andere werkafspraken met elkaar te maken. Het convenant heeft in de zijlijn ook praktische werkafspraken opgeleverd. Herhaalrecepten vanuit het ziekenhuis, die bijvoorbeeld een cardioloog uitschrijft, zijn tussen ons nu goed geregeld. Tijdens corona hebben we ook afgesproken dat we herhaalrecepten mogen herhalen van specialisten, om de druk op ziekenhuizen te verminderen. Een mooi praktisch voorbeeld van wat een goede samenwerking kan opleveren.

Daarnaast hebben we een zogenaamd Witboek opgesteld tussen thuiszorgorganisaties, artsen en apothekers. Er zijn in thuiszorgsituaties patiënten met een toedienlijst. Deze toedienlijst leveren wij met de input van de specialist of huisarts. Er is hier sprake van een driehoek, met veel heen en weer gebel en onduidelijkheid over wie welke verantwoordelijkheid heeft. In het Witboek legt elke zorgverlener zijn verantwoordelijkheden vast, zodat dit voor alle partijen helder is. Bij wijziging in de toedienlijst van bijvoorbeeld het aantal insuline-eenheden die de thuiszorg aan een patiënt geeft, moet heel duidelijk zijn wie welke verantwoordelijkheid hierin heeft. Omdat we deze afspraken hebben vastgelegd in het Witboek, ontstaan er geen misverstanden en maken we daarmee extra telefoontjes overbodig.

Wat is het grootste knelpunt dat u ervaart en waarom is dat zo lastig op te lossen?
Het grootste knelpunt zit ‘m voor mij in het verschil in verantwoordelijkheid voor beleid. Waar zorgverzekeraars kiezen voor landelijke inkoop van bijvoorbeeld wondverbandmaterialen - in mijn beleving uitsluitend op prijs gestuurd in plaats van kwaliteit - hadden wij praktische afspraken met thuiszorgorganisaties in onze regio gemaakt. Sommige verzekeraars hebben ervoor gekozen dat de patiënt hulpmiddelen niet bij ons in de apotheek kan halen, maar dat de patiënt hulpmiddelen via een landelijke leverancier krijgt. Hierdoor kan het voorkomen dat de patiënt voor verschillende typen hulpmiddelen naar verschillende leveranciers moet. Zorgverzekeraars hebben dan bijvoorbeeld landelijk nog maar 10 contracten voor hulpmiddelen, maar voor de patiënt en ons als zorgverleners ontstaat er versplintering. omdat de patiënt hierdoor naar verschillende partijen wordt gestuurd en dit niet via ons kan verkrijgen. Met het Witboek kunnen wij zorg op maat leveren. Dergelijke landelijke inkoop van zorgverzekeraars is op prijs mogelijk begrijpelijk, maar in mijn ervaring werkt dat averechts voor lokaal maatwerk. Daarbij komt dat wij in de openbare apotheken inmiddels hebben aangetoond dat ook wij heel prijsbewust kunnen leveren, in combinatie met zorg op maat. Dat zie ik niet terug bij landelijke partijen. Wij staan als apothekers in de regio Twente natuurlijk open voor een gesprek hierover met de zorgverzekeraars.